De osteopaat realiseert de zorg voor de patiënt in de eerste lijn. Vooraleer over te gaan tot een therapeutische interventie wordt een anamnese en een klinisch onderzoek verricht om tot een werkhypothese te komen. Om contra-indicaties voor een therapeutische interventie uit te sluiten en op die manier de veiligheid van de patiënt te garanderen zal de osteopaat eventueel complementaire onderzoeken aanvragen.
Daarna stelt hij een zorgplan voor de patiënt op en, indien nodig (indicaties voor problemen buiten de eigen competentie), verwijst hij hem door naar andere gezondheidszorgers. De osteopaat kadert zijn probleemanalyse en interventie in de specifieke verwachtingen van de patiënt. Hij herevalueert op regelmatige basis zijn werkhypothese. In functie hiervan past hij zijn behandeling aan en/of heroriënteert de patiënt. In het kader van “good clinical practice” verwijst hij de patiënt door voor bijkomend onderzoek dat door hem noodzakelijk wordt geacht.
De behandelduur en de frequentie zijn afhankelijk van de individuele patiënt/cliënt en zijn klacht. De patiënt wordt hierover geïnformeerd, alsook over eventuele veranderingen in diagnose, behandelingsplan, bijkomende klinische onderzoeken en/of doorverwijzing. Toch kunnen we stellen dat een osteopathische consultatie gemiddeld 45 minuten duurt.
|